1 (wiktionary) 2 (nl.wikipedia) 3 (en.wikipedia) 4 (glosbe)





Verbs Nouns Adjectives/Adverbs Pronouns Prepositions Conjunctions
intent (Advanced search)




CORE WORDS



NGSL3000 intention aim or purpose n
SAT5000 intention That upon which the mind is set. n.

Tanaka6000 intent Tanaka6000 intention Tanaka6000 intentional Tanaka6000 intently

COMPOUND WORDS


ill-intentioned {adj} (malevolent) SEE: malevolent :: intent {n} (a purpose; something that is intended) intention {n} (course intended to follow) intentional {adj} (done with intent) intentional {adj} (intended or planned; done deliberately or voluntarily) intentionalism {n} (theory that the meaning of any text is determined by the intentions of its author) intentionally {adv} (intentional manner, on purpose) the road to hell is paved with good intentions {proverb} (proverb) unintentional {adj} (not intended or deliberate; inadvertent; unwitting) unintentionally {adv} (in an unintentional manner) well-intentioned {adj} (having good intentions)

5000 WORDS










intention P1658






PHRASES







She was intent on her book .

Ze was gefocust op haar boek.

He has been intent on learning french .

Hij is vastbesloten om Frans te leren.

He is working intently .

Hij is intensief aan het werk.

It is not my intention to return .

Het is niet mijn bedoeling om terug te keren.

He went up to tokyo with the intention of studying english .

Hij ging naar Tokio met de bedoeling Engels te studeren.



Ze was gefocust op haar boek.
Hij is vastbesloten om Frans te leren.
Hij is intensief aan het werk.
Het is niet mijn bedoeling om terug te keren.
Hij ging naar Tokio met de bedoeling Engels te studeren.