1 (wiktionary) 2 (nl.wikipedia) 3 (en.wikipedia) 4 (glosbe)




Verbs Nouns Adjectives/Adverbs Pronouns Prepositions Conjunctions
bathroom (Advanced search)



CORE WORDS




Tanaka6000 bathroom

COMPOUND WORDS


bathroom {n} (a room containing a bath where one can bathe) bathroom {n} (a room containing a toilet) go to the bathroom {v} (go to the toilet) SEE: go to the toilet ::

5000 WORDS


L008 P0095 bathroom das Badezimmer 浴室
L002 P0149 bathroom die Toilette 厕所








bathroom P0095 bathroom P0149




PHRASES



De badkamer is erg schoon.



The bathroom is very clean .


(ENG )
(NL )

(0623)

De badkamer in mijn huis is erg groot.



The bathroom in my house is very big .


(ENG )
(NL )

(3052)





Where is the bathroom ?

Waar is het toilet ?

May I use the bathroom ?

Mag ik de badkamer gebruiken?

There was no bathroom .

Er was geen badkamer.

Does it have a bathroom ?

Heeft het een badkamer?



Waar is het toilet ?
Mag ik de badkamer gebruiken?
Er was geen badkamer.
Heeft het een badkamer?