1 (wiktionary) 2 (nl.wikipedia) 3 (en.wikipedia) 4 (glosbe)





Verbs Nouns Adjectives/Adverbs Pronouns Prepositions Conjunctions
singen (Advanced search)




CORE WORDS






COMPOUND WORDS


audition {n} (performance by an aspiring performer) audition {v} (take part in such a performance) brass {n} (made of brass (attributive use)) lip-sync {v} (to move lips in synchronization with sounds) sing {v} (to produce harmonious sounds with one’s voice) singing {n} (the act of using the voice to produce musical sounds; vocalizing) squeal {v} (to rat on someone) Tressange {prop} (a commune in France)

5000 WORDS




L078 22 P3028 hát singen



唱歌 P3028
ร้องเพลง P3028
hát P3028
singen P3028
to sing P3028
cantar P3028
cantare P3028
chanter P3028



PHRASES



Ze zingen.



They are singing .


(ENG )
(NL )

(0637)

Karaoke zingen is een manier om jezelf te vermaken.



Singing karaoke is a way to entertain yourself .


(ENG )
(NL )

(2915)





She is able to sing very well .

Ze kan heel goed zingen.

They enjoyed singing songs .

Ze genoten van het zingen van liedjes.

Will jane sing ?

Zal Jane zingen?

Have you ever heard him sing ?

Heb je hem ooit horen zingen?

Let's sing the song in english .

Laten we het lied in het Engels zingen.

Let's sing a song .

Laten we een liedje zingen .

If only I could sing well .

Kon ik maar goed zingen.

Sing us a song , please .

Zing een liedje voor ons , alsjeblieft .

We often hear you sing .

We horen je vaak zingen.

Which of them can sing better ?

Wie van hen kan beter zingen?

She stopped singing the song .

Ze stopte met het zingen van het lied.

We enjoyed singing songs together .

We hebben genoten van samen liedjes zingen.

We enjoyed singing songs at the party .

We hebben genoten van het zingen van liedjes op het feest.

I can sing it in english .

Ik kan het in het Engels zingen.

Sing the song once more please .

Zing het lied nog een keer alstublieft.

She could sing well when she was a child .

Als kind kon ze goed zingen.

I often heard her sing that song .

Ik heb haar dat liedje vaak horen zingen.

You should have gone on singing .

Je had moeten blijven zingen.

I like to sing .

Ik hou van zingen .

I want to sing the song .

Ik wil het lied zingen.

She was heard to sing to the piano .

Men hoorde haar zingen voor de piano.

You can sing a song .

Je kunt een liedje zingen.

It's your turn to sing .

Het is jouw beurt om te zingen.

Singing is her strong point .

Zingen is haar sterke punt.

Our teacher began singing a song well .

Onze juf begon een liedje goed te zingen.

Let's sing some english songs together .

Laten we samen wat Engelse liedjes zingen.

Please sing a song .

Zing alsjeblieft een liedje.

He is good at singing .

Hij kan goed zingen.



Ze kan heel goed zingen.
Ze genoten van het zingen van liedjes.
Zal Jane zingen?
Heb je hem ooit horen zingen?
Laten we het lied in het Engels zingen.
Laten we een liedje zingen .
Kon ik maar goed zingen.
Zing een liedje voor ons , alsjeblieft .
We horen je vaak zingen.
Wie van hen kan beter zingen?
Ze stopte met het zingen van het lied.
We hebben genoten van samen liedjes zingen.
We hebben genoten van het zingen van liedjes op het feest.
Ik kan het in het Engels zingen.
Zing het lied nog een keer alstublieft.
Als kind kon ze goed zingen.
Ik heb haar dat liedje vaak horen zingen.
Je had moeten blijven zingen.
Ik hou van zingen .
Ik wil het lied zingen.
Men hoorde haar zingen voor de piano.
Je kunt een liedje zingen.
Het is jouw beurt om te zingen.
Zingen is haar sterke punt.
Onze juf begon een liedje goed te zingen.
Laten we samen wat Engelse liedjes zingen.
Zing alsjeblieft een liedje.
Hij kan goed zingen.