1 (wiktionary) 2 (nl.wikipedia) 3 (en.wikipedia) 4 (glosbe)





Verbs Nouns Adjectives/Adverbs Pronouns Prepositions Conjunctions
respond (Advanced search)




CORE WORDS



NGSL3000 correspond To have similarity or equality with something verb
NGSL3000 respond To say or write to answer the question verb
SAT5000 respondent Answering. adj.

Tanaka6000 correspond Tanaka6000 correspondence Tanaka6000 correspondent Tanaka6000 corresponding Tanaka6000 corresponds Tanaka6000 respond Tanaka6000 responded Tanaka6000 responding

COMPOUND WORDS


correspond {v} (To be equivalent or similar in character, quantity, quality, origin, structure, function etc) correspond {v} (To exchange messages, especially by postal letter, over a period of time) correspondence {n} (agreement of situations or objects with an expected outcome) correspondence {n} (newspaper or news stories generally) correspondence {n} (postal or other written communications) correspondence {n} (reciprocal exchange of civilities, especially by letters) correspondent {adj} (corresponding) SEE: corresponding :: corresponding {adj} (that have a similar relationship) respond {v} (to act in return) respond {v} (to say something in return)

5000 WORDS

















PHRASES







I should like to have a friend to correspond with .

Ik zou graag een vriend hebben om mee te corresponderen.

I have some correspondence to deal with .

Ik heb wat correspondentie te behandelen.

He responded kindly to the question .

Hij reageerde vriendelijk op de vraag.

I look forward to corresponding with you .

Ik kijk ernaar uit om met u te corresponderen.

This red hat corresponds well to her dress .

Deze rode hoed past goed bij haar jurk.



Ik zou graag een vriend hebben om mee te corresponderen.
Ik heb wat correspondentie te behandelen.
Hij reageerde vriendelijk op de vraag.
Ik kijk ernaar uit om met u te corresponderen.
Deze rode hoed past goed bij haar jurk.