1 (wiktionary) 2 (nl.wikipedia) 3 (en.wikipedia) 4 (glosbe)





Verbs Nouns Adjectives/Adverbs Pronouns Prepositions Conjunctions
mom (Advanced search)




CORE WORDS



NGSL3000 moment very short or brief period of time n
SAT5000 anemometer An instrument for measuring the force or velocity of wind. n.
SAT5000 momentary Lasting but a short time. adj.
SAT5000 momentous Very significant. adj.
SAT5000 momentum An impetus. n.

Tanaka6000 mom Tanaka6000 moment Tanaka6000 mommy

COMPOUND WORDS


aha moment {n} (instance of becoming clear) anemometer {n} (an instrument for measuring and recording the speed of the wind) arithmomania {n} (disorder) at the moment {prep} (right now) camomile {n} (plant) camomile {n} (tea) camomile tea {n} (beverage) cardamom {n} (plant) cardamom {n} (spice) German chamomile {n} (annual plant used for tea) homomorphism {n} (notion in mathematics) magnetic moment {n} (magnetic moment) mom {n} (mother) SEE: mum :: moment {n} (moment of force) moment {n} (very brief period of time) momentary {adj} (lasting for only a moment) momentous {adj} (of outstanding importance or great consequence) momentum {n} (impetus, either of a body in motion, or of an idea or course of events) momentum {n} (product of mass and velocity) momma's boy {n} (son with very close bond to his mother) mommy {n} (mum) SEE: mum :: momo {n} (type of dumpling) one moment, please {phrase} (one moment please) on the spur of the moment {prep} (on very short notice) seismometer {n} (device used by seismologists to measure seismic waves) soccer mom {n} (overly ambitious mother) sphygmomanometer {n} (device to measure blood pressure) thermometer {n} (apparatus used to measure temperature) your mom {interj} (a general purpose insult)

5000 WORDS










moment P2876






PHRASES



Mama houdt heel veel van me.



Mom loves me very much .


(ENG )
(NL )

(0031)

Mijn moeder en ik gaan naar de supermarkt.



My mom and I are going to the supermarket .


(ENG )
(NL )

(0058)

Moeder werkt in een ziekenhuis.



Mom works in a hospital .


(ENG )
(NL )

(0097)

Mama is kerstcadeautjes aan het inpakken.



Mom is packing the Christmas presents .


(ENG )
(NL )

(0530)

Mama deed de deur goed op slot.



Mom has shut the door tightly .


(ENG )
(NL )

(0752)

Mijn moeder is de kamer aan het schoonmaken.



My mom is tidying the room .


(ENG )
(NL )

(0894)

We staan op het punt om te vertrekken.



We are leaving in a moment .


(ENG )
(NL )

(0912)

Mijn moeder is aan het wieden.



My mom is weeding .


(ENG )
(NL )

(1016)

Mijn moeder kuste mijn voorhoofd.



My mom kissed my forehead .


(ENG )
(NL )

(1334)

Mama leest met me mee.



Mom is reading with me .


(ENG )
(NL )

(2099)

Ik help mijn moeder dingen te dragen.



I am helping my mom carry things .


(ENG )
(NL )

(2110)

Mama plant de zaailing in een grote bloempot.



Mom moved the flower seedling to a big flowerpot .


(ENG )
(NL )

(2159)

Mama heeft crêpes gemaakt.



Mom has made some crêpes .


(ENG )
(NL )

(2385)

Mijn moeder zit in de schommelstoel.



My mom is sitting in the rocking chair .


(ENG )
(NL )

(2880)

Mijn moeder snijdt de uien.



My mom is cutting the onions .


(ENG )
(NL )

(3195)

De moeder geeft haar kind borstvoeding.



The mom is breastfeeding her child .


(ENG )
(NL )

(3211)

Het moment dat ze elkaar zagen, waren ze gelukkig.



The moment they saw each other , they were happy .


(ENG )
(NL )

(3365)

Het moment dat een komeet valt is prachtig.



The moment when a comet falls is beautiful .


(ENG )
(NL )

(3514)

Mijn moeder is vis aan het bakken.



My mom is frying fish .


(ENG )
(NL )

(3531)

Mijn moeder kookt met een pan.



My mom is cooking with a frying pan .


(ENG )
(NL )

(3532)





Please hold on a moment .

Wacht even alstublieft.

Have him wait a moment .

Laat hem even wachten.

We should wait here for the moment .

We moeten hier even wachten.

I will have him call you the moment he gets back .

Ik zal hem je laten bellen zodra hij terug is .

Not a moment could be lost .

Er mocht geen moment verloren gaan.

I recognized her the moment I saw her .

Ik herkende haar op het moment dat ik haar zag.

Won't you come in for a moment ?

Kom je even niet binnen?

The moment he was alone , he wrote the letter .

Op het moment dat hij alleen was, schreef hij de brief.

I didn't for a moment believe them .

Ik geloofde ze geen moment.

The moment he saw me he ran away .

Op het moment dat hij me zag rende hij weg.

Hang up and wait a moment , please .

Hang op en wacht even , alstublieft .

Start this moment .

Begin dit moment.

The moment we met , we fell in love with each other .

Op het moment dat we elkaar ontmoetten, werden we verliefd op elkaar.

Good night , mom .

Welterusten, mam.

May I bother you for a moment ?

Mag ik u even lastig vallen?

I can not say anything for the moment .

Ik kan op dit moment niets zeggen.

I have a lot of problems at the moment .

Ik heb momenteel veel problemen.

He might be away at the moment .

Hij kan op dit moment weg zijn.

He stepped out for a moment .

Hij stapte even uit.

I'll talk to him at the earliest possible moment .

Ik zal zo snel mogelijk met hem praten.

He'll be here any moment .

Hij kan hier elk moment zijn.

You've turned up at the right moment .

Je bent op het juiste moment opgedoken.

That's all I can say at the moment .

Dat is alles wat ik op dit moment kan zeggen.

Please hold the line a moment .

Houdt u alstublieft even de lijn vast.

Please hold the line a moment .

Houdt u alstublieft even de lijn vast.

Will you excuse me for just a moment ?

Wil je me even excuseren?

The moment he was alone , he opened the letter .

Op het moment dat hij alleen was, opende hij de brief.

Would you mind waiting a moment ?

Zou je even willen wachten?

I have nothing to do at the moment .

Ik heb momenteel niets te doen.

May I bother you for a moment ?

Mag ik u even lastig vallen?

Mom ! Hurry !

Mama ! Haast je !

He is on another phone at the moment .

Hij is momenteel op een andere telefoon.

I gave it to my mommy .

Ik heb het aan mijn mama gegeven.

Just a moment , please .

Een ogenblik aub .

I can't recall her name at the moment .

Ik kan me haar naam op dit moment niet herinneren.

I'm busy at the moment .

Ik ben bezig op het moment.

Please hold on a moment .

Wacht even alstublieft.

We're getting out of here in a moment .

We gaan hier zo weg.

I recognized her the moment I saw her .

Ik herkende haar op het moment dat ik haar zag.

The work can't be done at a moment's notice .

Het werk kan niet in een oogwenk worden gedaan.

I took to her the moment I met her .

Ik nam haar in me op vanaf het moment dat ik haar ontmoette.

I am busy cooking at the moment .

Ik ben momenteel druk aan het koken.

It may occur at any moment .

Het kan elk moment gebeuren.

I'd like to speak to you for a moment .

Ik wil je graag even spreken.

The moment she heard the news , she turned pale .

Op het moment dat ze het nieuws hoorde, werd ze bleek.

It may rain at any moment .

Het kan elk moment regenen.



Wacht even alstublieft.
Laat hem even wachten.
We moeten hier even wachten.
Ik zal hem je laten bellen zodra hij terug is .
Er mocht geen moment verloren gaan.
Ik herkende haar op het moment dat ik haar zag.
Kom je even niet binnen?
Op het moment dat hij alleen was, schreef hij de brief.
Ik geloofde ze geen moment.
Op het moment dat hij me zag rende hij weg.
Hang op en wacht even , alstublieft .
Begin dit moment.
Op het moment dat we elkaar ontmoetten, werden we verliefd op elkaar.
Welterusten, mam.
Mag ik u even lastig vallen?
Ik kan op dit moment niets zeggen.
Ik heb momenteel veel problemen.
Hij kan op dit moment weg zijn.
Hij stapte even uit.
Ik zal zo snel mogelijk met hem praten.
Hij kan hier elk moment zijn.
Je bent op het juiste moment opgedoken.
Dat is alles wat ik op dit moment kan zeggen.
Houdt u alstublieft even de lijn vast.
Houdt u alstublieft even de lijn vast.
Wil je me even excuseren?
Op het moment dat hij alleen was, opende hij de brief.
Zou je even willen wachten?
Ik heb momenteel niets te doen.
Mag ik u even lastig vallen?
Mama ! Haast je !
Hij is momenteel op een andere telefoon.
Ik heb het aan mijn mama gegeven.
Een ogenblik aub .
Ik kan me haar naam op dit moment niet herinneren.
Ik ben bezig op het moment.
Wacht even alstublieft.
We gaan hier zo weg.
Ik herkende haar op het moment dat ik haar zag.
Het werk kan niet in een oogwenk worden gedaan.
Ik nam haar in me op vanaf het moment dat ik haar ontmoette.
Ik ben momenteel druk aan het koken.
Het kan elk moment gebeuren.
Ik wil je graag even spreken.
Op het moment dat ze het nieuws hoorde, werd ze bleek.
Het kan elk moment regenen.