Ze bespreken de nieuwe taak.  They are discussing the new job . (ENG ) (NL ) (0505) | |||||
Ze bespreken de zaak.  They are discussing the case . (ENG ) (NL ) (0854) | |||||
Collega's zijn een project aan het bespreken.  The colleagues are discussing a project . (ENG ) (NL ) (0979) | |||||
Ze bespreken een project.  They are discussing a project . (ENG ) (NL ) (1037) | |||||
Ze bespreken enkele vragen.  They are discussing some questions . (ENG ) (NL ) (1229) | |||||
They spent four hours discussing their plan . | Vier uur lang bespraken ze hun plan. | They are discussing the matter at present . | Ze zijn momenteel in overleg over de kwestie.
|