1 (wiktionary) 2 (nl.wikipedia) 3 (en.wikipedia) 4 (glosbe)

Verbs Nouns Adjectives/Adverbs Pronouns Prepositions Conjunctions
der Schnee (Advanced search)

CORE WORDS

COMPOUND WORDS

5000 WORDS

L010 21 P1367 tuyết der Schnee

L102 43 P4277 dụng cụ đánh lòng trắng trứng der Schneebesen

雪　 P1367 打蛋器 P4277
หิมะ P1367 ตะกร้อตีไข่ P4277
tuyết P1367 dụng cụ đánh lòng trắng trứng P4277
der Schnee P1367 der Schneebesen P4277
snow P1367 whisk P4277
la nieve P1367 la escoba para la nieve P4277
la neve P1367 la frusta P4277
la neige P1367 le fouet P4277

PHRASES

De sneeuw is heel wit.

Snow is very white .

(ENG )
(NL )

(0248)

Het ijs en de sneeuw beginnen te smelten.

The ice and snow are beginning to melt .

(ENG )
(NL )

(0373)

De sneeuw bedekt de aarde.

Heavy snow covered the ground .

(ENG )
(NL )

(2607)

De besneeuwde berg is erg steil.

The snowy mountain is very steep .

(ENG )
(NL )

(3104)

Snow is falling thick and fast .

Sneeuw valt dik en snel.
The snow will soon disappear .

De sneeuw zal snel verdwijnen.
The snow is falling fast .

De sneeuw valt snel.
The snow lasted four days .

De sneeuw hield vier dagen aan.
The snow prevented me from going there .

Door de sneeuw kon ik er niet heen.
The snow melted away in a day .

De sneeuw smolt in een dag weg.
The snow has melted away .

De sneeuw is weggesmolten.

Sneeuw valt dik en snel.
De sneeuw zal snel verdwijnen.
De sneeuw valt snel.
De sneeuw hield vier dagen aan.
Door de sneeuw kon ik er niet heen.
De sneeuw smolt in een dag weg.
De sneeuw is weggesmolten.