1 (wiktionary) 2 (nl.wikipedia) 3 (en.wikipedia) 4 (glosbe)





Verbs Nouns Adjectives/Adverbs Pronouns Prepositions Conjunctions
Orten (Advanced search)




CORE WORDS






COMPOUND WORDS


answer {v} (to make a reply or response to) aortic {adj} (of or concerning the aorta) applaud {v} (to praise, or express approval by words) hoard {v} (to amass) hydrangea {n} (shrub) in other words {adv} (stated or interpreted another way) pie chart {n} (graph) reply {v} (to give a written or spoken response) respond {v} (to say something in return) test tube baby {n} (a baby who was conceived by in vitro fertilisation) walk the talk {v} (to act in accordance with one's words)

5000 WORDS

















PHRASES



Er zijn veel verschillende soorten fruit in de supermarkt.



There are many kinds of fruit in the supermarket .


(ENG )
(NL )

(0394)

Laat me deze vraag beantwoorden.



Let me answer this question .


(ENG )
(NL )

(0495)

Wie zal deze vraag beantwoorden?



Who is going to answer this question ?


(ENG )
(NL )

(0918)

Steek alstublieft uw hand op als u de vraag wilt beantwoorden.



Please raise your hand if you want to answer the question .


(ENG )
(NL )

(0947)

Er is geen significant verschil tussen de twee soorten druiven.



There is no essential difference between the two kinds of grapes .


(ENG )
(NL )

(0995)

Ze zijn in hun leven op veel plaatsen geweest.



They have been to many places in their lifetime .


(ENG )
(NL )

(2083)

Ze vult de antwoorden in voor het examen.



She is filling in the answers on the exam .


(ENG )
(NL )

(2384)





Do not answer hastily .

Antwoord niet overhaast.

Any student can answer that question .

Elke student kan die vraag beantwoorden.

He could not answer that question .

Die vraag kon hij niet beantwoorden.

That's a hard question to answer .

Dat is een moeilijke vraag om te beantwoorden.

Even a child can answer it .

Zelfs een kind kan het beantwoorden.

It was impossible for me to answer this question .

Het was voor mij onmogelijk om deze vraag te beantwoorden.

Even a child can answer the question .

Zelfs een kind kan de vraag beantwoorden.

No students could answer the question .

Geen enkele leerling kon de vraag beantwoorden.

You must consider it before you answer .

U moet het overwegen voordat u antwoordt.

It is easy for him to answer this question .

Het is gemakkelijk voor hem om deze vraag te beantwoorden.

If you use the money , you will have to answer for it later .

Als u het geld gebruikt, moet u zich er later voor verantwoorden.

I am at a loss how to answer the question .

Ik weet niet hoe ik de vraag moet beantwoorden.

How should I answer if she inquires after you ?

Wat moet ik antwoorden als ze naar jou vraagt?

In other words , I don't like to work with him .

Met andere woorden, ik werk niet graag met hem samen.

I was able to answer the question correctly .

Ik heb de vraag goed kunnen beantwoorden.

Neither of the two answers are right .

Geen van beide antwoorden is juist.

I'm afraid she can't answer .

Ik ben bang dat ze niet kan antwoorden.

It is easy to answer this question .

Het is gemakkelijk om deze vraag te beantwoorden.

You must answer honestly .

Je moet eerlijk antwoorden.

He gave three wrong answers .

Hij gaf drie foute antwoorden.

Of all places to meet you !

Van alle plaatsen om u te ontmoeten!

Your question is hard to answer .

Je vraag is moeilijk te beantwoorden.

We have had enough of empty words .

We hebben genoeg van lege woorden.

Only I could answer the question correctly .

Alleen ik kon de vraag goed beantwoorden.

They are in favor of your plan .

Ze zijn voorstander van uw plan.

It doesn't matter whether you answer or not .

Het maakt niet uit of je antwoordt of niet.

I wonder what she means by those words .

Ik vraag me af wat ze met die woorden bedoelt.

It is easy to make friends even in the new places .

Het is gemakkelijk om vrienden te maken, zelfs in de nieuwe plaatsen.

John will not answer the question .

John zal de vraag niet beantwoorden.

Would you please answer as soon as you can ?

Zou je zo snel mogelijk willen antwoorden?

If the telephone rings , can you answer it ?

Als de telefoon gaat, kunt u dan opnemen?

A man of reason could answer the question .

Een verstandig man zou de vraag kunnen beantwoorden.

She couldn't answer the question .

Ze kon de vraag niet beantwoorden.

I was able to answer the question .

Ik heb de vraag kunnen beantwoorden.

Shall I answer this letter for you ?

Zal ik deze brief voor je beantwoorden?

The answers are all right .

De antwoorden zijn in orde.

Please answer by telex .

Gelieve per telex te antwoorden.

I do not want to reply to his letter .

Ik wil niet op zijn brief reageren.

It is difficult for me to answer the question .

Het is moeilijk voor mij om de vraag te beantwoorden.

Only you can answer the question .

Alleen jij kunt de vraag beantwoorden.

She found it difficult to answer the question .

Ze vond het moeilijk om de vraag te beantwoorden.

You can't be at two places at once .

Je kunt niet op twee plaatsen tegelijk zijn.

I would like to address two questions .

Ik wil twee vragen beantwoorden.

You must consider it before you answer .

U moet het overwegen voordat u antwoordt.

The president refused to answer the question .

De president weigerde de vraag te beantwoorden.

Please reply to me as soon as possible .

Gelieve mij zo spoedig mogelijk te antwoorden.

He was puzzled about what to answer .

Hij vroeg zich af wat hij moest antwoorden.

These questions are easy to answer .

Deze vragen zijn eenvoudig te beantwoorden.

In other words , he doesn't want to do it .

Met andere woorden , hij wil het niet doen .

Jane skipped the questions she couldn't answer .

Jane sloeg de vragen over die ze niet kon beantwoorden.

Can anybody else answer ?

Kan iemand anders antwoorden?

The answers are both incorrect .

De antwoorden zijn beide onjuist.

Any child can answer that .

Dat kan elk kind beantwoorden.



Antwoord niet overhaast.
Elke student kan die vraag beantwoorden.
Die vraag kon hij niet beantwoorden.
Dat is een moeilijke vraag om te beantwoorden.
Zelfs een kind kan het beantwoorden.
Het was voor mij onmogelijk om deze vraag te beantwoorden.
Zelfs een kind kan de vraag beantwoorden.
Geen enkele leerling kon de vraag beantwoorden.
U moet het overwegen voordat u antwoordt.
Het is gemakkelijk voor hem om deze vraag te beantwoorden.
Als u het geld gebruikt, moet u zich er later voor verantwoorden.
Ik weet niet hoe ik de vraag moet beantwoorden.
Wat moet ik antwoorden als ze naar jou vraagt?
Met andere woorden, ik werk niet graag met hem samen.
Ik heb de vraag goed kunnen beantwoorden.
Geen van beide antwoorden is juist.
Ik ben bang dat ze niet kan antwoorden.
Het is gemakkelijk om deze vraag te beantwoorden.
Je moet eerlijk antwoorden.
Hij gaf drie foute antwoorden.
Van alle plaatsen om u te ontmoeten!
Je vraag is moeilijk te beantwoorden.
We hebben genoeg van lege woorden.
Alleen ik kon de vraag goed beantwoorden.
Ze zijn voorstander van uw plan.
Het maakt niet uit of je antwoordt of niet.
Ik vraag me af wat ze met die woorden bedoelt.
Het is gemakkelijk om vrienden te maken, zelfs in de nieuwe plaatsen.
John zal de vraag niet beantwoorden.
Zou je zo snel mogelijk willen antwoorden?
Als de telefoon gaat, kunt u dan opnemen?
Een verstandig man zou de vraag kunnen beantwoorden.
Ze kon de vraag niet beantwoorden.
Ik heb de vraag kunnen beantwoorden.
Zal ik deze brief voor je beantwoorden?
De antwoorden zijn in orde.
Gelieve per telex te antwoorden.
Ik wil niet op zijn brief reageren.
Het is moeilijk voor mij om de vraag te beantwoorden.
Alleen jij kunt de vraag beantwoorden.
Ze vond het moeilijk om de vraag te beantwoorden.
Je kunt niet op twee plaatsen tegelijk zijn.
Ik wil twee vragen beantwoorden.
U moet het overwegen voordat u antwoordt.
De president weigerde de vraag te beantwoorden.
Gelieve mij zo spoedig mogelijk te antwoorden.
Hij vroeg zich af wat hij moest antwoorden.
Deze vragen zijn eenvoudig te beantwoorden.
Met andere woorden , hij wil het niet doen .
Jane sloeg de vragen over die ze niet kon beantwoorden.
Kan iemand anders antwoorden?
De antwoorden zijn beide onjuist.
Dat kan elk kind beantwoorden.