1 (wiktionary) 2 (nl.wikipedia) 3 (en.wikipedia) 4 (glosbe)





Verbs Nouns Adjectives/Adverbs Pronouns Prepositions Conjunctions
เมฆ (Advanced search)




CORE WORDS






COMPOUND WORDS


5000 WORDS







เมฆ P0457 เมฆบนท้องฟ้า P3156









PHRASES



De zon verdwijnt achter de wolken.



The sun is disappearing behind the clouds .


(ENG )
(NL )

(0872)

Er is een witte wolk aan de horizon.



There is a patch of white clouds on the horizon .


(ENG )
(NL )

(1029)

Het weerbericht zegt dat het vandaag gedeeltelijk bewolkt zal zijn.



According to the weather forecast , it will be partially cloudy today .


(ENG )
(NL )

(1175)

De horizon is vol met heldere wolken.



The horizon is full of glowing clouds .


(ENG )
(NL )

(1258)

Het weer is somber.



The weather is cloudy .


(ENG )
(NL )

(1684)

De witte wolken maken de lucht veel blauwer.



The white clouds make the sky look much bluer .


(ENG )
(NL )

(2140)

De lucht is bedekt met donkere wolken.



The sky is covered by dark clouds .


(ENG )
(NL )

(2244)

De wolkenkrabbers reiken tot aan de wolken.



The skyscrapers reach to the clouds .


(ENG )
(NL )

(3247)





It's a cloudy day .

Het is een bewolkte dag.

It was cloudy yesterday .

Gisteren was het bewolkt.

There was not a cloud in the sky .

Er was geen wolkje aan de lucht.

He had his head in the clouds in class .

Hij liep met zijn hoofd in de wolken in de klas.

It is cloudy now .

Het is nu bewolkt.

It was cloudy all day long today .

Vandaag was het de hele dag bewolkt.

It's getting cloudy .

Het wordt bewolkt.

The plane was lost sight of in the clouds .

Het vliegtuig was in de wolken uit het oog verloren.

It's cloudy today .

Het is bewolkt vandaag.

The sky clouded over .

De lucht betrok.

The sun broke through the clouds .

De zon brak door de wolken.

The sun went behind the clouds .

De zon verdween achter de wolken.

The sky was full of clouds that night .

De lucht was die nacht vol wolken.

It's cloudy .

Het is bewolkt .



Het is een bewolkte dag.
Gisteren was het bewolkt.
Er was geen wolkje aan de lucht.
Hij liep met zijn hoofd in de wolken in de klas.
Het is nu bewolkt.
Vandaag was het de hele dag bewolkt.
Het wordt bewolkt.
Het vliegtuig was in de wolken uit het oog verloren.
Het is bewolkt vandaag.
De lucht betrok.
De zon brak door de wolken.
De zon verdween achter de wolken.
De lucht was die nacht vol wolken.
Het is bewolkt .