1 (wiktionary) 2 (nl.wikipedia) 3 (en.wikipedia) 4 (glosbe)





Verbs Nouns Adjectives/Adverbs Pronouns Prepositions Conjunctions
đi dạo (Advanced search)




CORE WORDS






COMPOUND WORDS


5000 WORDS




L042 12 P0323 đi dạo spazierengehen





đi dạo P0323








PHRASES



Het koppel maakt een wandeling in het park.



The couple are taking a walk in the park .


(ENG )
(NL )

(0025)

De oude man gaat een wandeling maken in het bos.



The old man is taking a walk in the woods .


(ENG )
(NL )

(0152)

De hele familie gaat wandelen in het park.



His whole family is taking a walk in the park .


(ENG )
(NL )

(0757)

Ik ben vandaag gaan winkelen.



I went strolling down the street and did some shopping today .


(ENG )
(NL )

(1794)

Zwangere vrouwen moeten vaak buiten gaan wandelen.



Pregnant women should often take walks outside .


(ENG )
(NL )

(2128)





He likes to walk about in the park .

Hij wandelt graag in het park.

I suggested going for a walk .

Ik stelde voor om te gaan wandelen.

In the evening , I walk with my dog .

's Avonds wandel ik met mijn hond.

We have walked all around the lake .

We hebben het hele meer rondgelopen.

He came across his old friend while walking in the park .

Hij kwam zijn oude vriend tegen tijdens een wandeling in het park.

How about going out for a walk after dinner ?

Wat dacht je ervan om na het eten een wandeling te maken?

We took a walk in the park .

We maakten een wandeling in het park.

I make it a rule to take a walk every morning .

Ik maak er een regel van om elke ochtend een wandeling te maken.

Won't you go for a walk ?

Ga je niet wandelen?

I walk my dog along the river every morning .

Ik loop elke ochtend met mijn hond langs de rivier.

The storm prevented me from going out for a walk .

Door de storm kon ik niet gaan wandelen.

He has a walk every morning .

Hij maakt elke ochtend een wandeling.

I like taking a walk in the forest .

Ik hou van wandelen in het bos.

I feel like taking a walk now .

Ik heb nu zin om te gaan wandelen.

He went out for a walk with his dog .

Hij ging wandelen met zijn hond.

She takes a walk with her dog every day .

Ze maakt elke dag een wandeling met haar hond.

I have no mind to go for a walk .

Ik heb geen zin om te gaan wandelen.

I like going for a walk in the park .

Ik ga graag wandelen in het park.

He went for a walk with her this morning .

Hij is vanmorgen met haar gaan wandelen.

How about going out for a walk ?

Wat dacht je van een wandeling maken?

She made it a habit to take a walk before dinner .

Ze maakte er een gewoonte van om voor het avondeten een wandeling te maken.

I am in the habit of going for a walk before breakfast .

Ik heb de gewoonte om voor het ontbijt een wandeling te maken.

I feel like going for a walk this morning .

Ik heb zin om vanmorgen te gaan wandelen.

Having finished the work , I went out for a walk .

Toen ik klaar was met het werk, ging ik wandelen.

How about taking a walk with us ?

Wat dacht je ervan om met ons mee te wandelen?

My grandfather takes a walk every morning .

Mijn grootvader maakt elke ochtend een wandeling.

How about taking a walk before breakfast ?

Wat dacht je van een wandeling maken voor het ontbijt?

She takes a walk with her dog .

Ze gaat wandelen met haar hond.

Being free , she went out for a walk .

Omdat ze vrij was, ging ze wandelen.

Having finished my work , I went out for a walk .

Toen ik klaar was met mijn werk, ging ik wandelen.

I go for a walk every other day .

Ik ga om de andere dag wandelen.

May I go out for a walk ?

Mag ik gaan wandelen?

Jane took her dog for a walk .

Jane ging met haar hond wandelen.

There is a lot of danger in walking around here at night .

Er is veel gevaar om hier 's nachts rond te lopen.

He said that he takes a walk in the park every morning .

Hij zei dat hij elke ochtend een wandeling in het park maakt.

We have walked all around the lake .

We hebben het hele meer rondgelopen.

It's my custom to go for a walk before breakfast .

Het is mijn gewoonte om voor het ontbijt een wandeling te maken.

He was in the habit of taking a walk before breakfast every morning .

Hij had de gewoonte om elke ochtend voor het ontbijt een wandeling te maken.

She likes to go walking by herself .

Ze gaat graag alleen wandelen.

He likes taking a walk by himself .

Hij wandelt graag alleen.

My father takes a walk every morning .

Mijn vader maakt elke ochtend een wandeling.

I will go for a walk if it is nice tomorrow .

Ik ga morgen wandelen als het mooi is.

One day he set off on a long walk around the town .

Op een dag maakte hij een lange wandeling door de stad.

He would go to out for a long walk in summer .

In de zomer ging hij een lange wandeling maken.

We often took a walk along the seashore together in the morning .

We maakten 's morgens vaak samen een wandeling langs de kust.

I make it a rule to take a walk before breakfast .

Ik maak er een regel van om voor het ontbijt een wandeling te maken.

Shall I go for a walk ?

Zal ik gaan wandelen?

He likes walking in the park .

Hij wandelt graag in het park.

I don't feel like taking a walk this morning .

Ik heb geen zin om vanmorgen te gaan wandelen.

A mouse went for a walk on the table .

Een muis ging wandelen op de tafel.

I used to take a walk before breakfast .

Voor het ontbijt maakte ik een wandeling.

She went out for a walk .

Ze ging wandelen.

I take a walk at six in the morning .

Ik maak een wandeling om zes uur 's ochtends.

I make it a rule to take a walk every morning .

Ik maak er een regel van om elke ochtend een wandeling te maken.

I used to take a walk in the morning .

Vroeger maakte ik 's ochtends een wandeling.

I take a walk every morning .

Ik maak elke ochtend een wandeling.

He has gone out for a walk .

Hij is gaan wandelen.

Do you feel like going out for a walk ?

Heb je zin om te gaan wandelen?

I took a walk .

Ik maakte een wandeling .

He was walking about in the town .

Hij liep rond in de stad.

I took a walk with my dog this morning .

Ik heb vanmorgen met mijn hond gewandeld.

I used to take a walk every morning .

Vroeger maakte ik elke ochtend een wandeling.

I'll just go for a walk to clear my head .

Ik ga even wandelen om mijn hoofd leeg te maken.

I am just going for a walk .

Ik ga gewoon wandelen.

The storm prevented me from going out for a walk .

Door de storm kon ik niet gaan wandelen.

After breakfast , we went out for a walk .

Na het ontbijt zijn we gaan wandelen.

She got the children ready for a walk .

Ze maakte de kinderen klaar voor een wandeling.



Hij wandelt graag in het park.
Ik stelde voor om te gaan wandelen.
's Avonds wandel ik met mijn hond.
We hebben het hele meer rondgelopen.
Hij kwam zijn oude vriend tegen tijdens een wandeling in het park.
Wat dacht je ervan om na het eten een wandeling te maken?
We maakten een wandeling in het park.
Ik maak er een regel van om elke ochtend een wandeling te maken.
Ga je niet wandelen?
Ik loop elke ochtend met mijn hond langs de rivier.
Door de storm kon ik niet gaan wandelen.
Hij maakt elke ochtend een wandeling.
Ik hou van wandelen in het bos.
Ik heb nu zin om te gaan wandelen.
Hij ging wandelen met zijn hond.
Ze maakt elke dag een wandeling met haar hond.
Ik heb geen zin om te gaan wandelen.
Ik ga graag wandelen in het park.
Hij is vanmorgen met haar gaan wandelen.
Wat dacht je van een wandeling maken?
Ze maakte er een gewoonte van om voor het avondeten een wandeling te maken.
Ik heb de gewoonte om voor het ontbijt een wandeling te maken.
Ik heb zin om vanmorgen te gaan wandelen.
Toen ik klaar was met het werk, ging ik wandelen.
Wat dacht je ervan om met ons mee te wandelen?
Mijn grootvader maakt elke ochtend een wandeling.
Wat dacht je van een wandeling maken voor het ontbijt?
Ze gaat wandelen met haar hond.
Omdat ze vrij was, ging ze wandelen.
Toen ik klaar was met mijn werk, ging ik wandelen.
Ik ga om de andere dag wandelen.
Mag ik gaan wandelen?
Jane ging met haar hond wandelen.
Er is veel gevaar om hier 's nachts rond te lopen.
Hij zei dat hij elke ochtend een wandeling in het park maakt.
We hebben het hele meer rondgelopen.
Het is mijn gewoonte om voor het ontbijt een wandeling te maken.
Hij had de gewoonte om elke ochtend voor het ontbijt een wandeling te maken.
Ze gaat graag alleen wandelen.
Hij wandelt graag alleen.
Mijn vader maakt elke ochtend een wandeling.
Ik ga morgen wandelen als het mooi is.
Op een dag maakte hij een lange wandeling door de stad.
In de zomer ging hij een lange wandeling maken.
We maakten 's morgens vaak samen een wandeling langs de kust.
Ik maak er een regel van om voor het ontbijt een wandeling te maken.
Zal ik gaan wandelen?
Hij wandelt graag in het park.
Ik heb geen zin om vanmorgen te gaan wandelen.
Een muis ging wandelen op de tafel.
Voor het ontbijt maakte ik een wandeling.
Ze ging wandelen.
Ik maak een wandeling om zes uur 's ochtends.
Ik maak er een regel van om elke ochtend een wandeling te maken.
Vroeger maakte ik 's ochtends een wandeling.
Ik maak elke ochtend een wandeling.
Hij is gaan wandelen.
Heb je zin om te gaan wandelen?
Ik maakte een wandeling .
Hij liep rond in de stad.
Ik heb vanmorgen met mijn hond gewandeld.
Vroeger maakte ik elke ochtend een wandeling.
Ik ga even wandelen om mijn hoofd leeg te maken.
Ik ga gewoon wandelen.
Door de storm kon ik niet gaan wandelen.
Na het ontbijt zijn we gaan wandelen.
Ze maakte de kinderen klaar voor een wandeling.