1 (wiktionary) 2 (nl.wikipedia) 3 (en.wikipedia) 4 (glosbe)





Verbs Nouns Adjectives/Adverbs Pronouns Prepositions Conjunctions
暴风雨 (Advanced search)




CORE WORDS






COMPOUND WORDS


5000 WORDS


L072 P2736 storm der Sturm 暴风雨




暴风雨 P2736


der Sturm P2736







PHRASES



Er is een storm op komst.



There is a storm brewing .


(ENG )
(NL )

(3455)





I hope this stormy weather won't go on .

Ik hoop dat dit stormachtige weer niet aanhoudt.

A big tree fell in the storm .

Een grote boom viel in de storm.

The storm prevented me from going out for a walk .

Door de storm kon ik niet gaan wandelen.

It's stormy .

Het is stormachtig .

There is a threat of a storm .

Er dreigt onweer.

I got caught in a storm on my way home .

Op weg naar huis kwam ik in een storm terecht.

They were on the lookout for a storm .

Ze waren op de uitkijk voor een storm.

The storm will make it impossible for the ship to leave port .

Door de storm kan het schip de haven niet verlaten.

The storm sank the boat .

De storm zonk de boot.

The storm has died down .

De storm is gaan liggen.

This wind is a sign of a storm .

Deze wind is een teken van een storm.

The storm has done no harm .

De storm heeft geen kwaad gedaan.

We were caught in a storm .

We kwamen in een storm terecht.

After the storm , the sea was calm .

Na de storm was de zee kalm.

The sky cleared up soon after the storm .

De lucht klaarde snel op na de storm.

A storm was approaching our town .

Een storm naderde onze stad.

The storm stopped the train .

De storm stopte de trein.

The storm prevented me from going out for a walk .

Door de storm kon ik niet gaan wandelen.



Ik hoop dat dit stormachtige weer niet aanhoudt.
Een grote boom viel in de storm.
Door de storm kon ik niet gaan wandelen.
Het is stormachtig .
Er dreigt onweer.
Op weg naar huis kwam ik in een storm terecht.
Ze waren op de uitkijk voor een storm.
Door de storm kan het schip de haven niet verlaten.
De storm zonk de boot.
De storm is gaan liggen.
Deze wind is een teken van een storm.
De storm heeft geen kwaad gedaan.
We kwamen in een storm terecht.
Na de storm was de zee kalm.
De lucht klaarde snel op na de storm.
Een storm naderde onze stad.
De storm stopte de trein.
Door de storm kon ik niet gaan wandelen.